In expressieve schrijftherapie staat de idee centraal dat het neerschrijven van de diepste gedachten en gevoelens het verwerken van traumatische gebeurtenissen bevordert en de schrijver beter in zijn vel doet voelen. De therapie werd ontwikkeld door James Pennebaker, die in 1986 de eerste wetenschappelijke bevindingen rond written emotional disclosure publiceerde.

De patiënt moet drie dagen achter elkaar over zijn meest traumatische of stressvolle gebeurtenissen schrijven. Schrijven dwingt de patiënt om tot de kern van de zaak te komen en om in termen van gevoelens te denken in plaats van gebeurtenissen. Sommige experts suggereren om een week tussen de schrijfsessies te laten, voor een beter effect.

De brieven worden vertrouwelijk behandeld en feedback komt niet aan te pas. Op expressieve schrijftherapie zijn allerlei variaties ontwikkeld, bijvoorbeeld door ze via het internet te laten verlopen of door ze te combineren met verbale disclosure.