Meditatie verbetert niet de gewaarwording van hartslag en ademhaling. Die verrassende vaststelling deden Amerikaanse onderzoekers bij vijftien beoefernaars van meditatie en vijftien niet-beoefenaars. Zij kregen blind een infuus van hartslagverhogend middel, dat zoals adrenaline werkt. Ze moesten raden naar de evolutie van hun hartslag en ademhaling, maar beoefenaars van meditatie waren daar niet beter in.
Een vaak gehoorde claim is dat regelmatig mediteren bewuster maakt van interne lichaamssignalen, gedachten en emoties. Wanneer die claim getest wordt in formele studies, bijvoorbeeld door hartslag als intern lichaamssignaal te nemen, dan komen tegenstrijdige resultaten uit de bus. In een studie uit 2008 hadden dezelfde onderzoekers ook geen bewijs gevonden dat ervaren Kundalini en Tibetaanse boeddhisten een betere interoceptieve nauwkeurigheid aan de dag leggen.
Ook in deze studie was iedereen even bewust van de veranderingen in hartritme en ademhaling die tijdens de infusie van een activerende stof plaatsvonden. Beoefenaars van meditatie waren voornamelijk vipassana-beoefeneraars, een meditatie-traditie die bewustwording van lichaamssensaties sterk cultiveert.
Eigenaardig genoeg meldden beoefenaars meer uitgesproken verschillen in de plekken waar de hartslag zich lijkt te manifesteren tijdens de toediening van de activerende stof, met name op de middenlijn van de borstkas, de buik, de nek of de rug. Niet-meditateurs localiseerden de hartslag op de plek waar het hart zich bevindt. Gezien het kleine aantal deelnemers is de onderzoekers niet duidelijk of het om een belangrijke bevinding gaat. Ze suggereren dat meditatie meditatie de perceptie van lichaamssignalen verandert, bijvoorbeeld omdat de instructeur nadruk legt op concepten zoals lichaamsenergie en qistromen.
Een bewijs hiervoor zien ze in de ontkoppeling van subjectieve waarneming en objectieve metingen van de piek in hartslag die specifiek bij meditatiebeoefenaars plaatsvindt. In de andere groep correspondeerde de subjectieve waarneming wel met de objectieve meting.
In het verleden zijn wel onderzoeken gedaan die een beter interoceptief besef aantoonden na een periode van meditatiebeoefening. Maar die zouden te veel vertrouwen op zelfrapportering of hebben andere tekortkomingen die de nauwkeurigheid van meting van interoceptieve gewaarwording in vraag stellen.